“Onze mensen zitten lange tijd samen aan boord. Dan kun je bouwen aan gedrag.”
In de Rotterdamse haven ontmoeten we Annette Panajoti. Panajoti is programmamanager van NINA bij een toonaangevend bedrijf op het gebied van baggeren en maritieme dienstverlening. Ze vertelt over NINA, een veiligheidsprogramma dat volledig intern is ontworpen om de cultuur ten aanzien van veiligheid te veranderen.
Panajoti vertelt: “Exact tien jaar geleden, is NINA gelanceerd. NINA staat voor No Injuries, No Accidents en leunt op twee pijlers: Values en Rules. In andere woorden: onze mensen moeten zich aan de regels houden, maar dat gaat gepaard met eigen verantwoordelijkheid. Botst een grote mate van eigen verantwoordelijkheid niet met de strikte hiërarchie die heerst op een schip? “NINA is zowel een top-down als een bottom-up programma. Commitment van bovenaf speelt een grote rol. Dus óók onze CEO spreekt zich uit voor NINA. Daardoor beschouwen mensen veiligheid als een kernwaarde en durven ze zich te allen tijde uit te spreken bij (potentieel) onveilige situaties. Ongeacht rang en functie.”
“Soms kun je de culturen aan boord niet op één hand tellen”
De bemanning van de schepen is vaak voor langere tijd op elkaar aangewezen. “Dat is goed voor de veiligheidscultuur,” legt Panajoti uit. “Je hebt de tijd om met elkaar te bouwen aan veilig gedrag.” Maar als je elkaar goed kent en lang samenwerkt, moet je ook je best doen om scherp te blijven. Panajoti: “Mensen gaan handelen op routine, maken aannames. Aan boord werken mensen uit alle windstreken. Soms kun je de verschillende culturen aan boord niet op één hand tellen. Dan kan feedback geven een uitdaging zijn. Juist dan is NINA belangrijk. Het verbindt mensen aan een gemeenschappelijk doel: veilig thuiskomen.”
“De trainingen en tools in het NINA-programma zijn verschillend per rol en functie,” vertelt Panajoti. “De mensen die werken op het dek geven we praktische tools mee die helpen meer inzicht te krijgen in waar de risico’s zitten. Leidinggevenden hebben een voorbeeldfunctie. Voor hen is het belangrijk dat ze momenten blijven inbouwen om veiligheid te bespreken, om mensen uit te nodigen zich uit te spreken. De kapitein is cruciaal om de juiste sfeer en voorwaarden te creëren.”
“Accepteer feedback, wat je rang ook is.”
Precies op dat moment komt kapitein Bouke Putter binnen. Wat doet hij om veiligheid bespreekbaar te maken? Bouke: “Heel concreet: aan boord doorlopen we cycli van handelingen. Ik heb per cyclus twintig minuten ingepland om te reflecteren op veiligheid. Twintig minuten lijkt weinig, maar door het elke reis te herhalen, wordt het routine.” En verder? “Soms geef ik standing orders, strenge instructies. Maar alleen als het echt moet. Een vinkjescultuur puur gericht op regeltjes, maakt ons werk niet per se veiliger. Werken vanuit een intrinsieke motivatie om ons werk veilig te doen, wel. Het credo is: Accepteer feedback, wat je rang ook is.”
Interactie met de mensen op de schepen en projecten is van groot belang, vertelt Panajoti. “Wat je absoluut wilt voorkomen is dat wij vanuit kantoor zaken bedenken die niet aansluiten bij de praktijk. We moeten korte lijnen hebben met onze schepen.”
Daar komt veiligheidsheld Rianne Westerveld om de hoek kijken. Panajoti: “Rianne heeft veel expertise, maar wat haar onmisbaar maakt is dat ze de brug slaat naar de praktijk. Ik ken haar als bevlogen en betrokken. Ze kan afstemmen en checkt altijd of onze voorstellen wel haalbaar zijn op de werkvloer.” Een voorbeeld? “De workbox 'Hijsen en Tillen' die vorig jaar ontwikkeld is. In samenspraak met de bemanning bedachten we hoe deze inhoudelijk er uit moest zien en het beste aansloot bij de dagelijkse activiteiten.”