Lessen uit de gedragsveranderingspilot schildersbranche

‘Je handen houden van handschoenen. Gebruik de juiste!’ Het ministerie van SZW, OnderhoudNL (ondernemersvereniging van de schildersbranche) en het onderzoeksbureau Dijksterhuis & Van Baaren sloegen de handen ineen en ontwikkelden een gedragspilot om schilders de juiste handschoenen te doen dragen. Handschoenen zijn onmisbaar voor schilders, ze beschermen namelijk tegen schadelijke stoffen in verf. Deze gedragspilot is deel van een serie gedragsinterventies onder verschillende beroepsgroepen. Met deze interventies wil het ministerie van SZW veilig werken met gevaarlijke stoffen nog beter op de kaart zetten.

‘Hoe kweek je veilig gedrag?’

In de ideale wereld dragen alle schilders te allen tijde de juiste handschoenen. Helaas gebeurt dat nog niet altijd in de praktijk. Want al klinkt veilig werken met gevaarlijke stoffen logisch, het is soms lastig om uit onveilige gewoontes te stappen. De centrale vraag in deze gedragspilot is “Welke gedragsinterventies zijn kansrijk om het juiste gebruik van handschoenen tijdens het schilderen te stimuleren?”. Een belangrijk inzicht uit de gedragspsychologie dat helpt die vraag te beantwoorden, is dat gedrag meestal niet gebaseerd is op rationele overwegingen. Gewoonten, omgeving en psychologische weerstand (zoals bijvoorbeeld scepsis) sturen een groot deel van ons gedrag. Goede gedragsinterventies spelen dus in op die factoren. Maar wat betekent dat concreet?

De interventie richtte zich op het promoten van de Arbo-app. In die app vinden schilders namelijk de juiste en meest recente informatie over handschoengebruik op één plek. De app krikt het kennisniveau van de schilders dus op. Daarmee focust de interventie op de eerste fase van de ‘gedragsroute’ die schilders doorlopen: de voorbereiding. Een gedragsroute bestaat uit de stappen die de schilder neemt op een werkdag, van voorbereiding tot het klussen zelf tot opruimen en afsluiten. De pilot zette verschillend campagnemateriaal in met gedragstechnieken, zoals posters, koffiebekers en stickers. Schilders kwamen overal ‘zwaaihandjes’ tegen om ze eraan te herinneren dat ze hun handen moeten beschermen. Een zogenaamde ‘herinneringscue’. Herinneringscues waren niet de enige gedragstechnieken binnen deze interventie. Zo werd de tekst “Je hebt het zo in de vingers” op de posters gebruikt als vorm van ‘self-efficacy’: een techniek die schilders doet geloven dat ze in staat zijn het gewenste gedrag uit te voeren.

Praktisch bruikbare middelen hebben groter effect

De pilot is uitgevoerd onder een kleine groep schilders. De effecten van de interventie zijn ook relatief klein. Bekendheid en gebruik van de Arbo-app stegen iets, maar niet enorm. Hoe dat komt? Eén antwoord schuilt in de verspreiding en het gebruik van de middelen. Schildersbedrijven hingen niet altijd de posters op. Daarnaast bleek dat schilders grote weerstanden hadden tegen het gebruik van handschoenen. Zo klonk het geluid dat ‘een goede schilder überhaupt niet vies wordt’. Overigens waken de onderzoekers ervoor om grote conclusies te verbinden aan de resultaten, vanwege de kleinschaligheid van de pilot.