Maatregelen voor een gezonde en veilige nachtdienst
Het nemen van de juiste maatregelen helpt om risico’s zo veel mogelijk te voorkomen. Zowel de werkgever als de werknemer kunnen hiermee aan de slag.
Maatregelen en adviezen voor de werknemer
Iedere werknemer die voor de eerste keer nachtwerk gaat doen, moet door diens werkgever in de gelegenheid worden gesteld om vóór de aanvang van die dienst een arbeidsgezondheidskundig onderzoek te ondergaan.
- Begin goed uitgerust aan de nachtdienst. Maak bijvoorbeeld thuis goede afspraken met je partner of anderen die huishoudelijke en verzorgende taken kunnen overnemen. Niet alleen tijdens de nachtdienst, maar ook al ervoor en erna.
- Neem tijdens de nachtdienst om de twee á drie uur een pauze of neem, als de dienst dat toelaat, een korte slaappauze.
- Blijf gezond leven, ook al geven nachtdiensten extra werkbelasting. Probeer niet (meer) roken of drinken, blijf goed/gezond eten en probeer snacken te vermijden.
- Kijk waar mogelijke stress of slaapproblemen vandaan komen.
- De bedrijfsarts of leidinggevende kan ondersteuning bieden als je ondanks goede maatregelen stress, slaapproblemen of andere gezondheidsklachten hebt. Samen kan gekeken worden naar een oplossing door bijvoorbeeld een andere (dag)functie te vinden binnen het bedrijf.
- De NVAB heeft richtlijnen opgesteld over werken gedurende de nacht. De richtlijnen zijn gemaakt voor bedrijfsartsen maar tevens ook interessant voor werkgevers en werknemers.
- Tevens heeft het RIVM het document ‘Suggesties bij werken in de nacht voor werknemers en werkgevers’ opgesteld voor werkgevers en werknemers.
Maatregelen voor de werkgever
De verantwoordelijkheid en afweging om werknemers in de nacht in te zetten, ligt bij werkgevers. Zij moeten nagaan of inzet in de nacht nodig is en maatregelen nemen om de nadelige gevolgen van nachtwerk te beperken. Werkgevers en werknemers spreken gezamenlijk af hoe ze daar invulling aan geven. Indien nachtwerk noodzakelijk kan de werkgever aantal maatregelen nemen om ervoor te zorgen dat werknemers gezonder in de nacht kunnen werken.
- Zorg voor goede roosters. Deskundigen kunnen adviseren bij het opstellen hiervan.
- Houd rekening met de werknemers. Nachtdiensten gaan bijvoorbeeld zwaarder wegen naarmate de werknemer ouder wordt, dus voer een ‘leeftijdsbewust beleid’.
- Ga uit van een kortcyclisch en voorwaarts roterend rooster. Dat betekent dat het aantal achtereenvolgende nachtdiensten beperkt blijft.
- ‘Voorwaarts roterend’ betekent ‘met de klok mee’. Dus bijvoorbeeld eerst twee ochtenddiensten, dan twee avonddiensten en tenslotte twee nachtdiensten. Dit geeft wat extra rusttijd bij de overgang van de ene dienst naar de andere. En dan een goede uitrustperiode van bijvoorbeeld vier dagen. - Zorg voor voldoende personeel, zodat het overnemen van nachtdiensten alleen bij hoge uitzondering nodig is.
- Laat het werken in nachtdiensten een regelmatig terugkerend onderwerp zijn bij functioneringsgesprekken. Luister daarbij goed naar de ervaringen van de werknemers. Als een werknemer aangeeft de nachtdiensten (te) zwaar te vinden, bespreek dan ook (bij)scholingsmogelijkheden en eventuele andere (dag)functies.