Erkenning beroepskwalificaties EU-landen
Beroepsbeoefenaren uit EU-landen (en die uit de EER en Zwitserland) die tijdelijk of permanent diensten willen verrichten in Nederland, moeten voldoen aan bijzondere regels. Het gaat dan om werkzaamheden die in Nederland woonachtige beroepsbeoefenaren alleen mogen uitvoeren met geldige beroepskwalificaties.
Deze regels zijn te vinden in:
- de Algemene wet erkenning EU-beroepskwalificaties;
- het Arbobesluit, artikel 1.5h;
- de Arboregeling, paragraaf 1.3. ‘Erkenning EU-beroepskwalificaties en tijdelijke en incidentele dienstverrichting’.
Wat moeten de verschillende partijen ondernemen?
Wanneer een beroepsbeoefenaar uit een EU-land (of EER en Zwitserland) permanent in Nederland werkzaam wil zijn, moet hij zich voorafgaand aan het verrichten van werkzaamheden melden bij de certificerende instelling (CI) als voor het beroep een certificaat vereist is, of de registratie instelling (RI) als voor het beroep een registratie vereist is. Als zijn beroepskwalificaties afdoende worden bevonden, zal de CI of hem een certificaat van vakbekwaamheid verstrekken. De CI baseert dit op basis van bewijzen van zijn vakbekwaamheid die de beroepsbeoefenaar voorlegt. Indien de CI of de RI dit noodzakelijk acht, kan zij besluiten dat de buitenlandse beroepsbeoefenaar een aanpassingsstage moet lopen of een proeve van bekwaamheid moet afleggen. Bij bepaalde beroepen geldt dat wanneer een buitenlandse beroepsbeoefenaar alleen tijdelijk of incidenteel (Arboregeling artikel 1.9b) bepaalde diensten wil verrichten in Nederland, hij dat vooraf moet melden bij de CI of de RI. Het gaat om:
- deskundig asbestverwijderaar (CI)
- deskundig toezichthouder asbestverwijdering (CI)
- duiker (CI)
- duikerploegleider (CI)
- gasdeskundige tankschepen (CI)
- vuurwerkdeskundige (CI)
- kraanmachinist (RI)
- werken met explosieve stoffen (RI)
- opsporing ontplofbare oorlogsresten (RI)
De CI of de RI stelt vervolgens vast of de aanvrager beschikt over het vereiste beroepskwalificatieniveau. Indien de CI of de RI dit noodzakelijk acht, kan zij besluiten dat de buitenlandse beroepsbeoefenaar een proeve van bekwaamheid moet afleggen. Voor de hier niet genoemde beroepen is geen voorafgaande melding bij tijdelijk en incidenteel werk nodig. Het is de verantwoordelijkheid van de werkgever dat hij zich ervan verzekert dat de beroepsbeoefenaar voldoende gekwalificeerd is. De Nederlandse Arbeidsinspectie kan hierop handhaven.